Titel
Project over de afdwinging van non-discriminatierecht: creatie van een juridisch kader voor bewijs en remedies. (Onderzoek)
Abstract
Wanneer iemand door de overheid of door een andere burger gediscrimineerd wordt (bv. als werknemer op basis van leeftijd of als huurder op basis van allochtone afkomst), dan is hij daartegen beschermd dankzij internationale, Europese, nationale en regionale wetgeving. Maar wat blijkt uit recente evaluatierapporten? Een burger die een beroep wil doen op die bescherming, ervaart aanzienlijke problemen. Allereerst is het niet duidelijk hoe hij moet bewijzen dat er sprake is van discriminatie. Ten tweede schrikken de sancties niet echt af. Omgekeerd is het ook voor degene die beschuldigd wordt van discriminatie, onduidelijk hoe hij zich kan verdedigen. De spreekwoordelijke pendel die evenwichtig in het midden zou moeten hangen, slingert nog teveel naar links of naar rechts. Dit onderzoeksproject wil daarin verandering brengen en instrumenten aanreiken voor een juridisch kader dat wel een evenwichtige afdwinging van het non-discriminatierecht garandeert. Als eerste bouwstenen zullen de problemen en oplossingen onderzocht worden in twee sectoren: werkgelegenheid (bv. discriminatie bij de sollicitatie voor een job) en de levering van goederen en diensten (bv. discriminatie bij de huur van een appartement). Parallel zal de bijzondere bril van het non-discriminatierecht aangevuld worden met de algemene bril van het bewijs- en aansprakelijkheidsrecht. Deze domeinen van het recht bevatten immers belangrijke sleutels die nog onvoldoende ontdekt zijn in het non-discriminatierecht.
Periode
01 januari 2020 - 31 december 2023