Omschrijf jezelf in drie woorden:
De moeilijkste vraag. Impulsief-analytisch 😉, relativerend en loyaal.
Dit wilde ik later worden:
F16-piloot. Maar dat was inclusief een gebrek aan zelfkennis. Ik word immers al ziek op een gewone schommel in een speeltuin.
Gelukkig of helaas doe ik nu dit:
Ik ben decaan van de faculteit Bedrijfseconomische Wetenschappen – gelukkig of helaas? Dat moet de lezer maar beslissen.
Met deze collega zou ik graag eens een dagje willen ruilen:
Ann T’Syen (ik beschouw haar eerder als collega dan als freelancer). Je kan niet schatten hoeveel nieuwtjes aka roddels zij te horen krijgt tijdens haar vele interviews binnen de universiteit. Maar het zal mij niet lukken, want haar pen is echt wel beter dan de mijne.
Als ik terug in de tijd kon reizen, was het naar deze gebeurtenis/dit jaar:
Ergens midden jaren 1960: de verplichte legerdienst. Zoals de vraag insinueert, eventjes heel naïef nostalgisch. Mijn vader is nog niet uitverteld over alle fratsen en belevenissen tijdens dat jaar.
Deze kleine, alledaagse dingen maken me gelukkig:
De zon ’s morgens en dan een speculaasje (of 3) van Lotus met een zeer koud glas melk.
Met dit gerecht maak je mij superblij:
Ik vrees dat mijn verzadigingssensoren worden uitgeschakeld bij een gewone macaroni.
Dit is mijn guilty pleasure:
Op woensdagavond een pint gaan drinken met vrienden van zeer divers pluimage in de kroeg De Wolwinkel in Geel, allesbehalve saai. Helaas werd de Wolwinkel recent gesloten. Gezocht: even goed alternatief.
Dit hing er aan de muur van mijn tienerkamer:
Een poster van John Lennon. Wie mijn leeftijd kent, weet daarmee dat ik niet zo hype-gevoelig ben.
Welke droom heb je nog?
Wat ik nu mag doen en wie ik nu mag zijn, hadden oude, ambitieuze, dromen kunnen zijn. Maar niets daarvan was gedroomd of gepland. Het is gewoon zo en toevallig gelopen. Voor de toekomst van hetzelfde graag. Dank u.