Stap dichter bij nieuwe behandeling voor MS dankzij methode om specifieke eiwitten te remmen

Promotieonderzoek van Melissa Schepers aan de Universiteit Maastricht en Universiteit Hasselt biedt hoop op de ontwikkeling van een nieuw medicijn dat multiple sclerose (MS) kan stoppen of de beperkingen kan herstellen. Schepers ontdekte in preklinisch onderzoek naar MS dat bepaalde stoffen de aanmaak van myeline, de isolatielaag rondom zenuwen die bij MS verloren gaat, kunnen herstellen zonder ernstige bijwerkingen. Op 22 mei verdedigde Schepers haar proefschrift over dit onderzoek.

Doorbraak

Bij MS kunnen de hersenen steeds minder goed de spieren en organen in het lichaam aansturen. Dat komt door het verlies van myeline, de beschermlaag rondom zenuwcellen die zorgt voor een goede communicatie tussen de hersenen en andere plekken in het lichaam. Bepaalde stoffen kunnen de aanmaak van myeline herstellen en ontstekingsreacties verminderen door de werking van een bepaald eiwit te remmen. Maar dat gaat gepaard met veel bijwerkingen, zoals misselijkheid en overgeven. Melissa Schepers en haar team ontrafelden welke subtypen van dat eiwit geremd moeten worden om die bijwerkingen te voorkomen.

Melissa Schepers BIOMED

Een veilig medicijn is hard nodig, zegt Schepers: “Het grote probleem is dat er nog geen behandeling is die de schade in de hersenen kan herstellen. Daar is grote behoefte aan omdat mensen met MS uiteindelijk ernstige beperkingen ervaren, zoals problemen met zicht, spraak, duizeligheid, lopen, en het geheugen.” Daarom richtte haar onderzoek zich op het herstellen van de aanmaak van myeline.

Van grof geschut naar precisieschoten

Het medicijn dat Schepers testte is een zogenaamde PDE4-remmer, een type medicijn dat eiwitten remt die betrokken zijn bij verschillende processen in het lichaam. Een algemene PDE4-remmer remt alle subtypen van PDE4. Schepers’ onderzoek wijst uit dat door twee specifieke subtypen van PDE4 te remmen de therapeutische effecten behouden blijven, maar zonder de vervelende bijwerkingen. Schepers: "We hoeven dus niet meer met een kanon op PDE te schieten, maar kunnen gerichte schoten afvuren op de subtypen. Dat brengt ons dichterbij een nieuwe behandeling van MS die niet alleen effectief, maar ook veilig is.”

De volgende stap

Voordat het medicijn als behandeling voor MS en andere aandoeningen op de markt komt, zijn er nog enkele belangrijke stappen te nemen. Schepers legt uit: "Dat zal zeker nog meerdere jaren duren. Mijn onderzoek heeft bij muizen veelbelovende resultaten laten zien als mogelijke behandeling voor mensen met MS. We brengen nu in kaart welke volgende onderzoeken nodig zijn om te bepalen of het voor mensen een veilige behandeling is. Ons doel is om deze kennis over te dragen aan een bedrijf dat de middelen heeft om uitgebreid onderzoek te doen, waarbij we hulp krijgen van bedrijfsontwikkelaars van zowel de UM als het biomedisch onderzoeksinstituut (BIOMED) van UHasselt. Als onderzoekers blijven we bij elke stap betrokken. Dat is voor mij belangrijk, omdat ik hoop uiteindelijk echt iets te kunnen betekenen voor mensen."

Ook inzetbaar bij andere ziektebeelden

Verlies van myeline en ontstekingsreacties veroorzaken ook ernstige beperkingen bij andere aandoeningen van de hersenen en het ruggenmerg. Daarom heeft Schepers onderzocht of het zinvol is om PDE-remmers breder in te zetten. "We hebben kunnen vaststellen welke subtypen van PDE4 geremd moeten worden bij ruggenmergletsel, herseninfarcten en zenuwbeschadigingen. De verdere ontwikkeling van dit type behandeling kan dus van groot belang zijn voor een breed scala aan aandoeningen waarbij verlies van myeline een rol speelt."

Samenwerking

Schepers startte haar onderzoek met een tUL-beurs (transnationale Universiteit Limburg), een samenwerkingsverband tussen de Universiteit Maastricht en de Universiteit Hasselt. Schepers vertelt hierover: “Mijn begeleiders aan de UM zijn experts op het gebied van PDE4, en voor mijn begeleiders aan het BIOMED van UHasselt geldt dat voor MS. Ik heb dus aan beide kanten experts die elkaar aanvullen en die kennis kan ik samenvoegen in mijn onderzoek, die samenwerking is ideaal. Je raakt ook niet snel in een tunnelvisie vanwege de verschillende perspectieven binnen het onderzoeksteam. Dat is het leuke eraan.” Onder leiding van prof. dr. Tim Vanmierlo startte het team meerdere samenwerkingen en bundelen ze structureel de expertise aan beide kanten van de Maas.

Een team met begeleiders aan de verschillende universiteiten biedt Schepers ook extra carrièrekansen. "Dankzij zowel Vlaamse als Nederlandse subsidies heb ik mijn onderzoek kunnen uitbreiden", zegt ze. "En omdat mijn begeleiders connecties hebben in verschillende werkvelden, heb ik meer mogelijkheden gehad om samen te werken aan nieuwe projecten en vervolgstappen. Bovendien kan ik kennis uitwisselen op diverse congressen en heb ik toegang tot de faciliteiten in beide labs."

Melissa Schepers BIOMED Uhasselt MS Onderzoek

tUL: Samenwerking Maastricht-Hasselt

Sinds 2017 zetten de Faculty of Health Medicine and Life Science van de Universiteit Maastricht en de Faculteit Geneeskunde en Levenswetenschappen van de Universiteit Hasselt in op de verdere versterking van de samenwerking op het gebied van onderzoek door het initiëren en faciliteren van gezamenlijke promotietrajecten. In 2022 zijn 6 PhD-beurzen toegekend voor gezamenlijke promotietrajecten die zullen leiden tot een double degree. Alles bij elkaar zijn er 15 gezamenlijke promotietrajecten gefaciliteerd sinds 2017, die inmiddels al een substantiële hoeveelheid output gegenereerd hebben, zowel wat betreft wetenschappelijke publicaties als ook op het gebied van (maatschappelijke en economische) impact. Zo zijn er patenten aangevraagd voor geneesmiddelen, is er een speciaal spreekuur voor positieduizeligheid gestart binnen het Maastricht UMC+, en heeft het bedrijfsleven interesse getoond in software die in een van de projecten is ontwikkeld. Beide instellingen hebben de intentie uitgesproken ook in de nabije toekomsten nieuwe trajecten te willen faciliteren.