De Aalsterse arts dr. Roland Demaeseneer laat een erfenis van 2 miljoen euro na voor het onderzoek naar reumatische aandoeningen binnen BIOMED UHasselt. Hiervoor vroeg hij UHasselt om een fonds op te richten dat de naam van zijn moeder draagt.
De onderzoeksgroep van prof. dr. Veerle Somers aan het Biomedisch Onderzoeksinstituut (BIOMED) doet al heel wat jaren onderzoek naar reumatische aandoeningen. Reuma is een verzamelnaam voor meer dan 100 verschillende aandoeningen aan de gewrichten, spieren en pezen met elk hun eigen kenmerken, symptomen en behandelingen. De meeste vormen van reuma veroorzaken pijn en stijfheid in gewrichten of spieren.
Binnen het onderzoek wordt gefocust op twee veel voorkomende vormen van reuma, namelijk reumatoïde artritis (RA) en axiale spondyloartritis (axSpA). Beide zijn het aandoeningen waarbij het afweersysteem, dat normaal virussen of bacteriën bestrijdt, nu het eigen lichaam aanvalt.
Bij RA leidt dit tot ontstekingen in gewrichten en pezen, vooral in de handen, de voeten en de polsen maar ook grotere gewrichten zoals de schouders, knieën, heupen en enkels kunnen aangetast worden. Bij axSpA bevinden de ontstekingen zich vooral in de wervelkolom en het bekken, waarbij een veelvoorkomend symptoom onverklaarbare lage rugpijn is.
Binnen de BIOMED onderzoeksgroep wordt gezocht naar nieuwe biomarkers of biologische aanknopingspunten die gelinkt kunnen worden aan een bepaald ziektebeeld. Zo wordt er gezocht naar biomarkers voor de reumatische aandoeningen reumatoïde artritis (RA) en axiale spondyloartritis (axSpA), maar ook voor neurologische aandoeningen waaronder multiple sclerose, personen met ruggenmergschade en autisme.
In België duurt het gemiddeld nog steeds 6 jaar vanaf de eerste symptomen tot de uiteindelijke diagnose. Veel patiënten hebben dus al een lange reeks onderzoeken doorlopen voordat de juiste diagnose wordt gesteld. In ons onderzoek hebben we biomarkers geïdentificeerd die kunnen helpen bij een vroegere diagnose. Hoe sneller de diagnose wordt gesteld, des te sneller kan een passende behandeling worden gestart.
De afgelopen twee decennia is de behandeling van RA enorm geëvolueerd door de toegenomen kennis van het ziekteverloop. Hoewel de eerstelijnsbehandeling de ziekte bij de meeste RA-patiënten goed onder controle krijgt, blijft 30% van de patiënten langdurig kampen met een hoge ziekteactiviteit. Momenteel wordt door middel van trial-and-error bepaald welke patiënten goed op de eerstelijnstherapie reageren en welke niet. Binnen het BIOMED-onderzoek worden biomarkers onderzocht die het therapieresultaat al vóór de start van de behandeling kunnen voorspellen.
Biomarkers zijn stoffen die je kan meten en die in verband gebracht kunnen worden aan een specifiek ziektebeeld. Ze komen van nature voor in ons lichaam, bijvoorbeeld in bloed, urine, ruggenmergvocht of gewrichtsvocht, en zijn vaak al aanwezig in een vroeg stadium van de ziekte.
Naast het aangeven van een bepaalde ziekte (diagnostische biomarker) kunnen biomarkers ook voorspellen hoe ernstig een ziekteverloop zal zijn of aangeven of een behandeling al dan niet effectief is. Er bestaan verschillende soorten biomarkers, maar in ons onderzoek richten we ons voornamelijk op antistoffen. We zijn tegenwoordig allemaal bekend met de antistoffen die ons beschermen tegen infecties zoals het coronavirus, maar in de ziekten die we binnen onze onderzoeksgroep bestuderen, richten deze antistoffen zich tegen lichaamseigen moleculen, de zogenaamde auto-antistoffen. Deze antistof biomarkers gebruiken we als diagnostische biomarker voor axSpA en als therapievoorspeller voor RA.
In dit onderzoek werden drie nieuwe biomarkers ontdekt die aanwezig zijn bij een subgroep van axSpA-patiënten. Door deze antilichamen te testen in combinatie met bestaande biomarkers en het klinische beeld van de patiënt, kunnen we de kans op een juiste diagnose van axSpA aanzienlijk vergroten.
Ook voor RA werd een set van drie biomarkers geïdentificeerd die kunnen voorspellen of een specifieke therapie effectief zal zijn. Deze biomarkers kunnen dit zelfs al vóór de start van de behandeling aangeven, waardoor een gepersonaliseerde behandeling mogelijk wordt.
Dankzij de erfenis van dr. Demaeseneer kunnen de onderzoekers van BIOMED deze biomarkers verder gaan valideren in grote klinische studies. Ze zullen wereldwijd bloedstalen van patiënten met reumatoïde artritis en spondyloartritis analyseren om te kijken of de resultaten overeenkomen met eerdere bevindingen. Dit is een intensief proces dat veel mankracht vereist en waarvoor slechts beperkte financieringsmogelijkheden bestaan.
Dankzij deze steun kunnen we niet alleen nieuwe onderzoekers aantrekken maar ook investeren in geavanceerde technologieën die het onderzoek naar een hoger niveau tillen. Waar we momenteel honderden biomarkers uit plasmastalen kunnen extraheren, zullen we er in de toekomst tienduizenden kunnen analyseren.
Dit levert een enorme hoeveelheid waardevolle wetenschappelijke data op voor de vroege diagnose en de ontwikkeling van therapieën voor reumatische aandoeningen zoals reumatoïde artritis en spondyloartritis. Bovendien kan deze technologie ook breder ingezet worden voor andere auto-immuunziekten, waar het stellen van een correcte diagnose vaak te lang op zich laat wachten.
Lees hier meer over de erfenis van 2 miljoen euro van dr. Demaeseneer.
Wil je meer weten over dit fonds? Contacteer ons gerust.
UF-0003