Responsible research

Wetenschappelijke Integriteit

De UHasselt ziet toe op de principes van responsible research & innovation en nam reeds tal van initiatieven om dit te waarborgen. Zo onderschrijft de UHasselt de Ethische Code voor Wetenschappelijk Onderzoek in België en het Europese Handvest voor Onderzoekers, die de basis voor een goede wetenschappelijke praktijk en cultuur vormen.

Bovendien start de UHasselt in het academiejaar 2017-2018 een sensibiliseringscampagne rond en de implementatie van het Integriteitscharter. Daarnaast beschikt de UHasselt over een Commissie Wetenschappelijke Integriteit die op een discrete en professionele manier inbreuken op de wetenschappelijke integriteit opvolgt.

Ethische Codes

Een ethische code draagt bij tot de kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek en rechtvaardigt het onderzoek voor de buitenwereld. De onderzoeker toont aan de financier en aan de maatschappij dat de wetenschappelijke wereld zijn eigen instrumenten ontwikkelt om op een verantwoordelijke wijze aan wetenschappelijk onderzoek te doen.

ALLEA

De European Code of Conduct for Research Integrity werd herzien door de ALLEA, de Europese Federatie van Academies van Natuur- en Wetenschappen. De herziening heeft vooral betrekking op nieuwe uitdagingen zoals de gevolgen van technologische ontwikkelingen, open science, citizen science en sociale media.

Samen met de European Code of Conduct for Research Integrity geldt de Ethische Code van het Wetenschappelijk Onderzoek in België als basis en als referentie voor het beoordelen van meldingen. De Code gaat uit van onderstaande principes:

- Zorgvuldigheid en voorzichtigheid

- Betrouwbaarheid en controleerbaarheid

- Onafhankelijkheid en onpartijdigheid

Voor inbreuken die ontstaan zijn of gepleegd werden door onderzoekers tijdens de periode dat ze verbonden waren of zijn aan de UHasselt of aan een academische opleiding van een partnerhogeschool, kan je terecht bij het CWI.

Magna Charta

Integriteitcharter 

Wetenschappelijke Integriteit: training

Mind the GAP Tool 

Mind the GAP (Good Academic Practices) is a uitgebreide online training betreffende wetenschappelijke integriteit voor zowel doctoraatsstudent als meer ervaren onderzoekers. De tool werd ontwikkeld in samenwerking met de vijf Vlaamse universiteiten.

De tool bestaat uit 4 HOOFDONDERDELEN, 2 extra modules en 1 'test your mind for GAPs'. De tool kan gebruikt worden om de basis te leggen voor wetenschappelijk verantwoord handelen, als dagelijks ethisch gebruikskader en om specifieke vraagstukken te beantwoorden.

The Mind the GAP Tool kan men terugvinden op Blackboard onder organisaties

VLIR Mind the GAP podcast

De Vlaamse Universiteiten lanceren in samenwerking met VLIR de Mind the GAP Podcast, speciaal voor academische onderzoekers. In afleveringen van een half uurtje duik je in de praktijk van integer onderzoek.

Vragen rond auteurschap, retracties, gebruik van genAI, maar ook hoe een onderzoekstraject nooit voorspelbaar en rechtlijnig verloopt, en hoe je omgaat met data, komen aan bod. Collega-wetenschappers, van doctorandi tot senior academici, delen hun ervaringen.

Je vindt de VLIR Mind the GAP podcast terug op Spotify of Apple podcasts

Commissie Wetenschappelijke Integriteit

Algemeen

Het vertrouwen dat studenten, collega’s, financiers en de maatschappij in onderzoek stellen is niet vanzelfsprekend. Die wetenschappelijke integriteit moet beschermd worden, maar oordelen of de grenzen van integriteit geschonden zijn is niet eenvoudig.

Daarom werd in 2013 door de Raad van Bestuur aan de UHasselt een Commissie voor Wetenschappelijke Integriteit (CWI) opgericht. Op basis van het procedurereglement oordeelt de CWI of er al dan niet sprake is van een inbreuk op de “Ethische code voor het wetenschappelijk onderzoek in België.

BEVOEGDHEDEN

De taak van het CWI bestaat onder meer uit:

  • het onderzoeken van meldingen van problematische gedragingen en het formuleren van adviezen inzake te ondernemen acties;
  • het desgevallend voorstellen van aanpassingen aan de procedures indien nodig;
  • het bestuderen van vragen m.b.t. wetenschappelijke integriteit, op eigen initiatief of op vraag van de Onderzoeksraad, de Doctoral Schoolraad, het College van Decanen en/of de Raad van Bestuur.

CONTACT EN LIGGING

Heb je vragen met betrekking tot wetenschappelijke integriteit dan kan je binnen de UHasselt steeds terecht bij het contactpunt wetenschappelijke integriteit: cwi@uhasselt.be

Procedure

PROCEDUREREGLEMENT CWI

Hier (pdf, 139 KB)kan u het procedurereglement van het CWI raadplegen.

EEN INBREUK MELDEN

Iedereen kan een vermeende inbreuk melden bij het centraal meldpunt:

Commissie Wetenschappelijke Integriteit (CWI)
Dienst Onderzoek Bibliotheek en Internationalisering - Universiteit Hasselt
Martelarenlaan 42
3500 HASSELT
cwi@uhasselt.be

EEN TWEEDE OPINIE

Voortaan kan al wie betrokken was in de procedure ook een tweede advies vragen aan de VCWI (de beklaagde, de melder en de instelling). Dit tweede advies moet binnen de maand na het besluit van de CWI van de universiteit aangevraagd worden bij de Vlaamse Commissie voor Wetenschappelijke Integriteit.

De Vlaamse Commissie voor Wetenschappelijke Integriteit (VCWI) werd in oktober 2013 opgericht op initiatief van het FWO. De taak van het VCWI beperkt zich tot:

  • Het adviseren over concrete dossiers die reeds behandeld zijn in één of meerdere van de commissies voor wetenschappelijke integriteit van de Vlaamse universiteiten
  • Het adviseren over meer algemene vragen betreffende deze materie vanwege wetenschappelijke instellingen in Vlaanderen

Contact

Vlaamse Commissie Wetenschappelijke Integriteit (VCWI)

Paleis der Academiën
Hertogstraat 1
1000 BRUSSEL
secretaris@vcwi.be

VCWI

De Vlaamse Commissie voor Wetenschappelijke Integriteit (VCWI) werd in oktober 2013 opgericht op initiatief van het FWO. De taak van het VCWI beperkt zich tot:

  • Het adviseren over concrete dossiers die reeds behandeld zijn in één of meerdere van de commissies voor wetenschappelijke integriteit van de Vlaamse universiteiten
  • Het adviseren over meer algemene vragen betreffende deze materie vanwege wetenschappelijke instellingen in Vlaanderen

Voor meer informatie zie  www.vcwi.be Vlaamse Commissie Wetenschappelijke Integriteit (VCWI)
Paleis der Academiën
Hertogstraat 1
1000 BRUSSEL
secretaris@vcwi.be

Rapportering

Ethische commissies

Bij de start van een onderzoek dient men na te gaan of er ethische vereisten verbonden zijn aan de geplande onderzoeksactiviteiten. Een ethische goedkeuring is verplicht aan het begin van het ethisch gevoelig WP. Ter ondersteuning van deze ethische vereisten ontwikkelde men een beslissingsboom voor de ethische commissie (pdf, 34 KB) aan de UHasselt.

Comité voor Medische Ethiek

De Comité voor Medische Ethiek (CME) is een door de overheid erkende commissie die onafhankelijk en niet gebonden is aan een instituut. De commissie voor Medische Ethiek evalueert onderzoeksprojecten over medisch-wetenschappelijke onderwerpen en onderwerpen binnen de gezondheidszorg, uitgevoerd aan de Universiteit Hasselt of door onderzoekers verbonden aan de UHasselt, alsook gerelateerde bachelor- en masterproeven.

Voorbeelden van onderzoek waarvoor een aanvraag bij het CME nodig is:

  • Fase II, III en IV studies
  • Academische interventionele studies
  • Elk onderzoek op de menselijke persoon, waarbij afgeweken wordt van de normale standaard diagnostiek of therapie, zoals bv. een extra weefselafname, revalidatieonderzoek, vragenlijsten en dergelijke
  • Retrospectieve studies
  • Studies met lichaamsmateriaal (biobank studies)

Ethische Commissie voor Dierproeven

De Ethische Commissie Dierproeven (ECD) is een door de overheid erkende commissie die onafhankelijk en niet gebonden is aan een instituut. Deze commissie evalueert geplande experimenten op proefdieren en /of geplande experimenten waarvoor specifiek dierlijk materiaal wordt afgenomen.  Daarnaast ziet de commissie erop toe dat de personen die meewerken aan deze experimenten het  vereiste opleidingsniveau en de nodige bekwaamheid hebben. De commissie stelt criteria op m.b.t. ethische aspecten inzake dierproeven en verleent advies aan gebruikers, proefleiders en medewerkers inzake de ethische aspecten van dierproeven.  De commissie ziet er op toe dat geplande experimenten voldoen aan Belgische en Europese wetgeving en voert een retrospectieve analyse uit van alle projecten.


Bioveiligheidscommissie

Hier kan u meer informatie vinden

Sociaal-Maatschappelijke Ethische Commissie

De Sociaal-Maatschappelijke Ethische Commissie (SMEC) is een commissie die onafhankelijk fungeert en niet gebonden is aan een instituut. De SMEC adviseert onderzoekers over ethische en deontologische kwesties binnen onderzoeksvoorstellen waar menselijke deelnemers bij betrokken zijn, dit met uitzondering van gezondheidswetenschappelijke praktijken en medische of farmacologische procedures. De Commissie waakt over de ethiek binnen het sociaal en maatschappelijk onderzoek en verdedigt de rechten van alle personen betrokken bij dit soort van onderzoek.


Commissie Mensenrechten

De Commissie Mensenrechten is een overkoepelende commissie die vragen behandeld in het kader van ondersteuning en meldingen van een (potentieel) problematische samenwerking die men wenst aan te gaan of reeds lopende is betreffende een partner die mogelijk betrokken is bij ernstige mensenrechtenschendingen of een activiteit die mogelijk de mensenrechten schendt.

Wanneer een dossier inzake een potentiële schending van de mensenrechten in het kader van een (voorgenomen) samenwerking wordt voorgelegd aan de Commissie Mensenrechten, beoordeelt de Commissie de mate waarin een risico bestaat op schending van de mensenrechten in het concrete dossier. De Commissie legt geen disciplinaire maatregelen op, maar bezorgt een niet-bindend advies aan de rector.

Meer informatie over Mensenrechten aan de UHasselt kan u hier terugvinden

Dual use en misuse

“Dual use items” of “producten voor tweeërlei gebruik” zijn producten, met inbegrip van programmatuur en technologie, die zowel een civiele als een militaire bestemming kunnen hebben. Het gaat dus om producten die ingezet kunnen worden voor de ontwikkeling van kernwapens en chemische en biologische wapens.

De Europese dual use verordening legt een vergunningsplicht op voor de uitvoer van dual use items naar landen buiten de Europese Unie. Indien een product voorkomt op de controlelijst van producten uit bijlage I van de verordening, die jaarlijks bijgewerkt wordt, geldt in elk geval een vergunningsplicht. Dual use items die niet op de lijst voorkomen, kunnen toch onder de vergunningsplicht vallen indien op het land van bestemming een wapenembargo rust en de onderzoeksoutput bestemd kan zijn voor militair eindgebruik of ingezet kan worden voor de aanmaak en verspreiding van chemische, biologische of nucleaire massavernietigingswapens.

Misuse

Het begrip “misuse” wordt gedefinieerd als “onderzoek dat gebruikt kan worden voor onethische doelstellingen”. Hiermee beoogt men onderzoek waarvan de resultaten door personen met kwade intenties gebruikt kunnen worden om schade toe brengen aan mensen, dieren of het milieu. Het gaat bijvoorbeeld om onderzoek dat ingezet kan worden in het kader van terrorisme of criminaliteit of dat kan resulteren in chemische, biologische, radiologische of nucleaire wapens.

Onderzoekers moeten bij het opstellen van een onderzoeksaanvraag een risicobeoordeling uitvoeren en de gepaste beveiligings- en veiligheidsmaatregelen treffen om de risico’s in te dekken.

Meer informatie

Meer informatie kan je terugvinden in de Richtlijnen voor onderzoekers over dual use en misuse van onderzoek, opgesteld door de Werkgroep Dual Use van de Vlaamse Interuniversitaire Raad.

Verder kan je ook Flowchart Dual Use gebruiken om te bepalen of je onderzoek onder Dual Use of Misuse valt en welke stappen je moet ondernemen.

Contact

Heb je vragen omtrent dual use en/of misuse dan kan je binnen de UHasselt terecht bij het contactpunt dual use: dualuse@uhasselt.be

Nagoya protocol

Algemeen

Het Nagoya Protocol is van toepassing bij het verzamelen, verkrijgen en gebruiken van genetische bronnen (zoals zaden, planten en andere levende organismen) uit andere landen. Het trad in werking op 12 oktober 2014.

Het Protocol geeft uitvoering aan de derde doelstelling van het Verdrag inzake Biologische Diversiteit. Het legt regels vast inzake de toegang tot genetische bronnen uit andere landen en beoogt een eerlijke en billijke verdeling van de voordelen afkomstig uit het gebruik van ervan.

Inhoud van het Nagoya Protocol

Door ondertekening van het Nagoya Protocol verbinden de gebruikende landen zich ertoe te zorgen voor de naleving van de regelgeving inzake Access and Benefit Sharing (ABS) die van toepassing is in de leverende landen. De leverende landen nemen op hun beurt de verbintenis op zich om ervoor te zorgen dat hun ABS-regelgeving eerlijk, duidelijk en transparant is.

De leverende landen kunnen de toegang tot genetische bronnen afhankelijk maken van een Prior Informed Consent (PIC). Voor het gebruik van deze bronnen nemen de gebruiker en het leverende land in een overeenkomst Mutually Agreed Terms (MAT) op over de verdeling van de voordelen die uit het gebruik van deze bronnen voortvloeien.

ABS-Verordening

De Europese Unie heeft in de ABS-verordening regels vastgelegd om het Nagoya Protocol te implementeren. Deze verordening verplicht de gebruikers van genetische bronnen om een passende zorgvuldigheid (“due diligence”) aan de dag te leggen om zich te verzekeren van de legale verkrijging van de genetische bronnen en van de verdeling van de voordelen verbonden aan het gebruik ervan. Voor de lidstaten geldt de verplichting om na te gaan of de gebruikers zich aan die verplichtingen houden.

Nuttige links en documenten

Wil je graag het volledige Nagoya Protocol lezen? Dat kan hier:

Meer informatie over het Nagoya Protocol kan je ook terugvinden in het Nagoya Protocol Factsheet

Op de website van het ABS Clearing-House kan je informatie vinden over de landen die zijn aangesloten bij het Nagoya Protocol en over de regelgeving in andere landen. Deze website bevat ook de contactgegevens van de nationale autoriteiten.

Om te bepalen of je onderzoek binnen het toepassingsgebied van Nagoya of andere ABS-wetgeving valt, kan je gebruik maken van de Flowchart2.0.

De Contact manual beschrijft op welke wijze je best contact opneemt met het land van herkomst van de genetische bronnen.

Contact

Met vragen over het Nagoya Protocol kan je binnen de UHasselt terecht bij het contactpunt Nagoya Protocol: nagoya@uhasselt.be. Om je zo snel mogelijk te helpen, vragen we je om op voorhand het Assessment form concerning the Nagoya Protocol and the ABS Regulation, voor zo ver als mogelijk, in te vullen en ons te bezorgen samen met je vraag.

GDPR in onderzoek

Wanneer een onderzoeker via een survey bijvoorbeeld de naam, het adres, het telefoonnummer, het e-mailadres, de leeftijd, het geslacht, de afkomst, de afbeelding, de leefgewoonten, de religieuze overtuiging en bloedgroep van de bevraagden vraagt om nadien in zijn onderzoek te verwerken, verwerkt deze onderzoeker persoonsgegevens.

Bepaalde persoonsgegevens zijn bovendien gevoeliger van aard dan andere persoonsgegevens. Dit zijn bijzondere categorieën van persoonsgegevens zoals bijvoorbeeld, gegevens over ras, politieke opvattingen, godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuigingen, lidmaatschap van een vakvereniging, gezondheid, seksuele geaardheid, verdenkingen, vervolgingen, strafrechtelijke of bestuurlijke veroordelingen.

Elke onderzoeker die persoonsgegevens verwerkt moet de wetgeving omtrent de bescherming van deze persoonsgegevens naleven. Met betrekking tot onderzoeksdata vallen de verplichtingen van de GDPR binnen onderzoek onder een groter kader, zijnde het research data managementbeleid van de UHasselt. Onderzoeksdata kunnen immers persoonsgegevens omvatten, wat duidelijk zichtbaar gemaakt moet worden in het research data managementbeleid van de onderzoekers (meer info beschikbaar op de RDM-webpagina). De vraag naar een goed research data management omvat naast de verplichtingen m.b.t. de GDPR ook het naleven van andere ethische en integriteitsprincipes. Omwille van de specifieke kenmerken van deze onderzoeksgegevens kan je best ook het research data managementbeleid van de UHasselt raadplegen.

GDPR voor onderzoek 

VLIR-FAQ voor GDPR

Aan de UHasselt werk men met een GDPR-checklist als register voor de verwerkingen van persoonsgegevens. Via deze weg heeft men intern een overzicht van het aantal verwerkingen die er gebeuren aan de UHasselt en van welke aard deze zijn. Voor een onderzoeker is het belangrijk deze GDPR-checklist in te vullen alvorens de verwerking van persoonsgegevens te starten.

Een GDPR-checklist kan verbonden zijn aan een indiening bij de ethische commissie (GDPR-checklist voor de CME / GDPR-checklist voor de SMEC) of losstaan van ethisch advies, in dat geval dient men de algemene GDPR-checklist in te vullen.

Contact:

Debbie.Melissas@uhasselt.be

Stephanie.ruysschaert@uhasselt.be